Je mag meer of actiever gebruik van jouw online dienst stimuleren. Maar je mag consumenten niet misleiden of ongepast beïnvloeden om de dienst meer te gebruiken dan zij anders zouden doen. Dit is een oneerlijke handelspraktijk. Oneerlijke handelspraktijken zijn verboden. Daarom gelden er grenzen aan de wijze waarop jij jouw dienst inricht om gebruik te stimuleren.
Bron: ACM
Voor het gebruik van veel online diensten hoeven consumenten geen geld te betalen. Bedrijven die zulke diensten aanbieden verdienen dan meestal aan (gepersonaliseerde) advertenties. Zij stimuleren consumenten vaak om de dienst zoveel mogelijk te gebruiken. Of om niet over te stappen naar een andere dienst. Want als consumenten meer tijd besteden op de dienst (time spent) en er actiever zijn (engagement), dan is de dienst aantrekkelijker voor adverteerders. Bedrijven kunnen dan meer voor de advertentieruimte vragen. Bovendien verzamelen ze zo meer gegevens over hun gebruikers en hun gedrag. En ook die kennis is geld waard.
Stimuleren van online gebruik mag, maar tot bepaalde hoogte. Houd je aan de regels uit het consumentenrecht.
Speciaal voor online platforms komen er binnenkort ook nieuwe regels bij met de Digital Services Act. Deze regels zullen grotendeels per begin 2024 gaan gelden. Voor online platforms geldt dan een verbod op ‘dark patterns’. Dat zijn technieken die het vermogen van consumenten om vrije en geïnformeerde keuzes te maken, verstoren of beperken. Dit verbod gaat gelden voor praktijken die niet vallen onder de regels over oneerlijke handelspraktijken of de Algemene Verordening Gegevensbescherming.
De app van een sociale mediadienst (app) stuurt standaard notificaties. Deze berichten wekken de suggestie dat vrienden op de dienst online zijn. Maar in werkelijkheid is dat niet het geval. Dit is misleidend en niet toegestaan.
Een videoplatformdienst speelt na afloop van een video niet automatisch een nieuwe video af. Dit hebben ze in het ontwerp zo ingericht. Ook gebruikt de dienst geen infinite scroll. Daardoor wekt de dienst niet de indruk over een oneindig aanbod aan video’s te beschikken. Door deze ontwerpkeuzes houdt deze dienst rekening met de (economische) belangen van consumenten. Dit is een voorbeeld van een handelswijze die de ACM aanbeveelt.
In de volgende artikelen leggen we de onderdelen van de richtlijnen uit: