Nepkortingen: waar staan we na twee jaar?

Twee jaar na inwerkingtreding van de nieuwe regels over prijsaanduidingen zijn nepkortingen nog een actueel en veelbesproken onderwerp. De Autoriteit Consument & Markt (ACM) heeft in de afgelopen jaren in toenemende mate handhavend opgetreden tegen webshops die gebruikmaken van misleidende kortingen. Eerst door voorlichting te geven, daarna door serieuze boetes op te leggen. Ondertussen werken nationale toezichthouders op Europees niveau aan nieuwe richtlijnen rondom het gebruik van kortingen. In deze blog bespreekt onze business partner Maverick Advocaten de laatste ontwikkelingen op het gebied van nepkortingen.

ACM treedt in toenemende mate handhavend op tegen nepkortingen

Al in 2022 gaf de ACM aan strenger te willen handhaven ten aanzien van misleidende kortingen. Dit was geen loos dreigement: de ACM heeft sindsdien namelijk niet stilgezeten, zoals blijkt uit onderstaand overzicht van verschillende handhavingsacties:

• In juli 2022 is Wish gestopt met schijnkortingen na een gezamenlijk onderzoek van de ACM, de Europese Commissie (“Commissie”) en andere consumententoezichthouders. Volgens de toezichthouders hanteerde Wish kortingen ten opzichte van prijzen die zij vermoedelijk nooit gevoerd had.
• In november 2023 gaf de ACM aan onderzoek te doen naar de kortingen van online verkopers in de sectoren kleding, consumentenelektronica en beddenspeciaalzaken. Van de gecontroleerde bedrijven bleek een groot gedeelte zich niet aan de regels voor kortingen te houden. De ACM gaf aan handhavend te zullen optreden.
• In juni 2024 heeft de ACM boetes van in totaal € 621.000 opgelegd aan webwinkels voor het gebruik van nepkortingen.
• In oktober 2024 waarschuwde de ACM bedrijven voor het gebruik van nepkortingen tijdens Black Friday en de feestdagen. De ACM benadrukte dat ondernemers alleen een korting mogen gebruiken (van/voor aanbieding) indien zij de van-prijs ook daadwerkelijk zelf hebben gehanteerd in de afgelopen 30 dagen.
• In november 2024 heeft de ACM webshop Temu aangesproken op het gebruik van misleidende handelspraktijken, waaronder nepkortingen. Ook dit betrof een gezamenlijke actie met andere Europese toezichthouders.

Ook in andere EU-landen leiden de regels rondom nepkortingen tot vragen. In een geschil tussen een Duitse consumentenorganisatie en een supermarktketen moest het Europese Hof van Justitie eraan te pas komen. In deze zaak was sprake van een advertentie waarbij een kortingspercentage en een doorgestreepte prijs werden getoond die niet zagen op de laagste prijs in de voorgaande 30 dagen. Die laagste 30-dagen-prijs stond wel, kleiner, daaronder vermeld. Het Hof van Justitie oordeelde dat dit niet mocht. De berekeningsgrondslag voor de getoonde korting (als percentage of in tekst/absoluut getal) moet steeds de laagste 30-dagen-prijs zijn. Het enkel ook vermelden van de echte ‘vorige prijs’ – de laagste 30-dagen-prijs – louter ter informatie is onvoldoende.

Regelgeving over prijsaanduidingen vooralsnog niet altijd duidelijk

Dergelijke uitspraken zijn heel welkom, maar in de praktijk lopen webshops nog tegen veel vragen aan. Hoe zit het met referentieprijzen en andere prijsvergelijkingen zoals adviesprijzen? Wat wordt er precies verstaan onder een progressieve korting? Wie is verantwoordelijk voor de 30-dagen-regel bij de verkoop via een platform? Wanneer zijn de regels rondom nepkortingen (Besluit prijsaanduiding) van toepassing en wanneer moet er worden getoetst aan het algemene verbod op oneerlijke handelspraktijken?

Bij verwijzing naar een referentieprijs (zoals de adviesprijs van de fabrikant) moet het voor de consument duidelijk zijn dat dit geen korting betreft. So far so good. Maar – zo stelt de Commissie in haar Richtsnoeren oneerlijke handelspraktijken – een webshop is tevens verplicht een direct zichtbare tekstuele uitleg te geven bij de betreffende referentieprijs. De vraag is welke toelichting dan nodig is bij een adviesprijs. Bovendien laat de Commissie expliciet ruimte voor het gebruik van een doorgestreepte adviesprijs (zolang een toelichting wordt gegeven), terwijl de ACM stelt dat een referentieprijs nooit mag worden doorgestreept als dit niet de laagste prijs in de afgelopen 30 dagen betreft.

Kortom, webshops zijn gebaat bij duidelijke richtlijnen over de manier waarop de regelgeving over prijsaanduidingen wordt geïnterpreteerd.

Nieuwe richtlijnen over gebruik adviesprijzen

Vorig jaar organiseerde de ACM een eerste bijeenkomst om meer duiding te geven over de huidige regels. Tijdens deze bijeenkomst heeft de ACM ‘nieuwe handelswijzen’ op het gebied van prijsaanduidingen besproken en vragen van marktpartijen beantwoord. Daarbij kondigde de ACM aan dat nationale toezichthouders (waaronder de ACM) op Europees niveau, binnen het Consumer Protection Cooperation Network (“CPC”), werken aan EU-wijde richtlijnen die bedrijven handvatten moeten bieden bij hun kortingsbeleid.

Na publicatie van de CPC-richtlijnen zal het toezicht van de ACM naar verwachting verder intensiveren. Webshops doen er dus goed aan hun kortingsbeleid kritisch tegen het licht te houden en ontwikkelingen in de gaten te houden. Op 12 juni 2025 organiseren Thuiswinkel.org en Maverick Advocaten een seminar over do’s en don’ts in e-commerce. Tijdens het seminar zullen sprekers van de ACM, Thuiswinkel.org en Maverick Advocaten ingaan op onder andere de recente ontwikkelingen op het gebied van nepkortingen. Ben jij er ook bij? 

Aanmelden