Mag ik nu samenwerken met concurrenten?

Mededinging in tijden van crisis. ACM verruimt regels samenwerking

Ondernemingen voelen de gevolgen van de coronacrisis al in grote mate. Samenwerking is hard nodig om de schade te beperken en consumenten te kunnen voorzien van bijvoorbeeld essentiële producten. Daarbij rijzen bij ondernemingen veel vragen over de toelaatbaarheid van samenwerking en uitwisseling van concurrentiegevoelig informatie in het licht van de mededingingsregels. Tijdens de coronacrisis hebben ondernemingen meer mogelijkheden om samen te werken dan normaal gesproken toelaatbaar is binnen het mededingingsrecht.

Op 19 maart 2020 heeft de ACM daarom enige verduidelijking gegeven over welke afspraken of informatie van concurrentiegevoelige informatie tussen bedrijven gedurende de coronacrisis is toegestaan. Het gaat hier om samenwerking en uitwisseling die onder normale omstandigheden in strijd zou kunnen zijn met het kartelverbod.

De ACM geeft aan dat de volgende vormen van samenwerking en uitwisseling van informatie is toegestaan voor zover deze noodzakelijk zijn tijdens de coronacrisis:

  • Supermarkten mogen elkaar informeren over hun voorraden.
  • Logistieke dienstverleners mogen samenwerken om de samenleving van levensmiddelen te voorzien.
  • Bedrijven mogen met elkaar afspraken maken over een soepele omgang met debiteuren.
  • Groothandels van geneesmiddelen mogen elkaar op de hoogte stellen over hoeveel producten zij verkopen.

Geen misbruik maken

De ACM waarschuwt overigens ook dat bedrijven geen misbruik mogen maken van de situatie die is ontstaan gezien de onzekerheden en schaarste. Ook consumentenrechten moeten in het oog gehouden worden.

Voorbeelden van afspraken die nog steeds verboden zijn:

  • Dominante bedrijven mogen nog steeds geen excessieve prijsverhogingen doorvoeren.
  • Bedrijven mogen onderling niet afspreken prijzen te verhogen.
  • Misleiding van consumenten is niet toegestaan.
  • Verkopers mogen geen onterechte claims doen.
  • Bedrijven moeten juiste en realistische informatie blijven geven als producten door bijvoorbeeld sluiting van fabrieken later of niet meer geleverd kunnen worden.